We worden allemaal geboren als beelddenker, immers, een baby kent nog geen enkel woord. Wel beelden, geluiden en klanken.
Naarmate een baby ouder wordt, leert het woordjes bij beelden plaatsen.
Als het kind naar de basisschool gaat, weet het ook dat volgorde en tijd belangrijk zijn. Dan begint het talige denken al behoorlijk vorm te krijgen. Eigenlijk is alles wat we met elkaar hebben bedacht (dus tijd, letters, getallen, enz) onderdeel van het talige denkproces.
Bijna alles op school heeft te maken met talig kunnen denken. Als je daarin in je ontwikkeling bent verstoord en je je dit talige niet goed hebt kunnen eigen maken, zal dat problemen opleveren.
Het kan zijn dat je hierdoor moeite hebt met begrijpend lezen of met het leren van vakken waarbij je veel moet lezen. Daarbij denken de leerkracht en ouders vaak dat je het wel zou moeten kunnen. Er komt niet uit wat erin zit.